De vragen die je wist dat zou komen

1. "Hoor jij niet allang terug te zijn??"
Ja. 'Chill your beans,' zoals mijn Britse huisgenote zou zeggen. Ik had nog wat geld en nog wat tijd over, dus ik dacht: ik ga nog even een stukje van het land zien.

2. "Welk stukje dan? En had dat niet eerder gekund?"
Oké, rustig, denk aan die bonen. Ik weet niet of je 2.500 kilometer een stukje kunt noemen - oh wait, I just did. Hoe dan ook, ik heb vorige week pas mijn project afgerond, dus veel eerder kon ik niet weg.

3. "Oh, afgerond, dus je bent afgestudeerd?"
HAHA! Grapjas. Na het afronden van het project moet er nog een verhaaltje over geschreven worden, schijnbaar. Iets van 20.000 woorden. Ik weet het, eitje. Maar ik moet ook nog één vak volgen, waar ik vorig semester de kracht (lees: tijd) niet meer voor had. Ah well.

4. "Maar je komt dus wel terug?"
Vanwaar deze motie van wantrouwen? De vlucht is al geboekt, hoor. Oh, zei ik dat de vorige keer ook? Nou ja. Je begrijpt wat ik bedoel.

5. "Wanneerwanneerwanneer?"
Oké, dat op en neer springen is niet goed voor de vering van je bed. Dus als jij en je bonen even rustig gaan zitten, kan ik je uitleggen dat ik 26 juli in alle vroegte (want in mijn wereld is 7.15 uur vroeg, deal with it.) op Schiphol aankom. Joe!